Visie Sportsector op arbeidsmarkt

Op 1 juni is de visie op de toekomst van de arbeidsmarkt sport vastgesteld door de deelnemers aan de Human Capital Agenda tafel.

De sector, waarin 100.000 mensen werken, kenmerkt zich door veel kleine CAO’s, te veel kleine banen, gemiddeld mindere arbeidsvoorwaarden dan in aanpalende sectoren en een (te) hoge uitstroom op jonge leeftijd.

De deelnemers aan Human Capital Agenda tafel hebben de ambitie om dit beeld te veranderen. De inzet is dat de kwaliteit van de dienstverlening in de sector aanzienlijk gaat stijgen. Dit is een cruciale randvoorwaarde om de betekenis van sport en bewegen in de samenleving te vergroten. De belangrijkste doelen uit de visie zijn:

  • Meer loopbaanmogelijkheden.
  • Het vergroten van de gemiddelde omvang van de banen in de sector.
  • Een functiehuis voor de gehele sector.
  • Betere aansluiting op de arbeidsmarkt van aanpalende sectoren zoals het onderwijs, de kinderopvang en de zorg zodat uitwisseling en combinatiebanen eenvoudiger worden.
  • Ontzorging van vrijwilligers.

Parallel aan de ontwikkeling van de visie zijn er al diverse activiteiten in gang gezet zoals een CAO-vergelijking, een toolkit voor professionaliseren van sportverenigingen (op basis van best practices), ontwikkeling van functie en opleidingsprofielen (mbo en hbo), samenwerking met andere sectoren en ontwikkeling van een functiehuis.

De volgende partijen zijn betrokken bij de HCA tafel:

Het ministerie van VWS heeft in 2022 op verzoek van de sector de Human Capital Agenda tafel mogelijk gemaakt. De minister zegt in reactie op de visie: Een gezonde arbeidsmarkt is de basis voor een gezonde sport- en beweegsector. Het doet mij daarom erg goed om te zien dat de branche, die met steun vanuit VWS verenigd is in de Human Capital Agenda Sport en Bewegen, een volwaardige en breed gedragen visie heeft opgeleverd voor een gezonde arbeidsmarkt in de sport. In het bijzonder de concrete knelpunten en acties die benoemd worden in deze visie laten zien dat het de sportwereld menens is. En deze ambitieuze instelling om knelpunten zoals versnippering van contracten en hoge uitstroom van jonge medewerkers aan te pakken, blijf ik dan ook waar mogelijk van harte ondersteunen.”

Dit wordt beaamd door de andere deelnemers:

  • Hogescholen Sport Overleg: “Sport en bewegen heeft veel waarde voor individu en samenleving. Daar hoort een goed functionerende arbeidsmarkt bij in nauwe afstemming met de opleidingen. Daarom zijn we vanuit het Hoger beroepsonderwijs (HBO) heel blij met de stappen die nu gezet worden.”
  • MBO Sport en Bewegen: “De vitaliteit van onze bevolking hangt mede af van voldoende, goed opgeleide en gemotiveerde professionals in de sector sport en bewegen. Daarom moet de aantrekkingskracht van de sector om er te gaan werken en te blijven werken, omhoog. Sterke beroepsopleidingen, duurzaam werk, carrièreperspectief. Het is onze verantwoordelijkheid als overheid, bedrijfsleven en beroepsonderwijs om daaraan bij te dragen. De opleidingen sport en bewegen in het mbo zijn vanzelfsprekend partner van de werkgevers in deze sector èn het hoger onderwijs. Of de opleidingsvraag zich nu richt op diplomagerichte opleidingen of op mogelijkheden voor een leven lang ontwikkelen: we staan er klaar voor!”
  • Sportkracht 12: “De HCA richt zich op professionalisering van de sector. Een sector die zich kenmerkt door een grote diversiteit van rollen, doelgroepen, thema’s en stakeholders, maar waarbij het hoger gelegen doel nl. Nederlanders met behulp van sport en bewegen fit en vitaal te houden. Vanuit die intrinsieke motivatie vervullen veel professionals meerdere rollen binnen hun werkveld. De leden van Sportkracht12 zijn werkgever van veel van dit soort duizendpoten en daarom van nature altijd al bezig met onderwerpen als een leven lang leren en het investeren in menselijk kapitaal. Immers ons werk vereist kwalitatief hoogwaardige professionals, of het nu gaat om iets te betekenen voor kwetsbare doelgroepen of het versterken van sportaanbieders. De ontwikkelingen binnen de HCA zorgen in samenhang met elkaar voor minder versnippering en daardoor meer eenduidigheid en efficiency. Dit komt de effectiviteit van onze medewerkers ten goed en biedt hen tegelijkertijd meer perspectief. Een win-win situatie dus!”
  • Landelijke Academie Buurtsportcoaches: “Sport is altijd in beweging, zo ook de sector. Het programma LAB gaat een tweede fase in; we verankeren enerzijds de resultaten maar leggen vooral de verbinding met aanpalende initiatieven. Een koppeling met de HCA is logisch, deze richt zich op verdere professionalisering (opleidingsprofielen, randvoorwaardelijke zaken zoals arbeidsvoorwaarden), LAB richt zich primair op de bij- en nascholing van onze bestaande professionals. De geleerde lessen en de ontwikkelde infrastructuur kunnen prima als basis voor de nieuwe initiatieven fungeren; inhoudelijke accenten kunnen weliswaar per rol verschillen maar de onderliggende bewegingen zijn vaak gelijk. Bovendien staat in de HCA de mens centraal en in onze sector is het erg gebruikelijk dat de professionals meerdere rollen vervullen. Blij dus met deze landelijke en integrale ontwikkelingen waardoor er volop aandacht is voor het belang professionalisering.”
  • NOC*NSF: “Om de doelen van de Sportagenda 2032 te kunnen halen, is een stevige professionaliseringsslag in de sector sport en sportief bewegen noodzakelijk, juist ook om de cruciale groep vrijwilligers te ontzorgen. Deze visie, die wordt gedeeld door de gehele sector, is hiervoor een belangrijke eerste stap.”
  • Werkgeversorganisatie Netwerk in de Sport: “Er ligt een grote uitdaging rond de grote vrijwillige inzet bij o.a. de amateursportverenigingen. Deze blijkt, door diverse maatschappelijke factoren, steeds zwaarder onder druk te staan. Dit vertaalt zich onder meer in een terugloop in het totale aantal vrijwilligers. De HCA is gericht op verdere professionalisering van de sportsector. Belangrijk hierbij is de ontwikkeling van en perspectief voor professionals. Niet alleen in plaats van de vrijwillige inzet, maar vooral om al die belangrijke vrijwilligers optimaal in hun kracht te kunnen zetten. Werkgeversorganisatie Netwerk in de Sport juicht deze ontwikkeling in het kader van goed werkgeverschap toe en participeert graag actief in de ontwikkeling daarvan.”
  • FNV Sport en Bewegen: “Omdat medewerkers dat verdienen, gaan we samen voor een loopbaan in de sport mét perspectief. Dat werkgevers en werknemers samen opkomen voor betere en meer gelijke arbeidsvoorwaarden vind ik al een groot winstpunt. Zo ook dat we ons meer en meer gaan opstellen als één sector. De kracht van samen sterk. Als FNV zijn we overtuigd van de noodzaak tenminste te komen tot één functiehuis voor de gehele sport.”
  • PROOF Adviseurs/KWINK groep: “Onze bureaus worden gedreven door maatschappelijke opgaven en de overtuiging dat je die het beste in gezamenlijkheid kunt realiseren. Wij onderschrijven de opgave van de doorontwikkeling van de arbeidsmarkt in de sportsector en zijn blij dat wij met onze ondersteuning en begeleiding een bijdrage hebben kunnen leveren aan de totstandkoming van de visie. Wij zijn dankbaar dat wij de HCA-tafel ook verder mogen begeleiden en ondersteunen bij het handen en voeten geven van de visie door het uitwerken in acties.”